C jaar

Deze site is een tijdelijke oplossing om de preken van Marcel bereikbaar te maken. Klik op een link, om de desbetreffende preek te lezen. Sorry, de opmaak van de preken is nog niet overal in orde.
Indien u de preek op een klein scherm wil lezen, komt de preek niet naast, maar onder de reeks linken. U zal dus naar beneden moeten scrollen.

GOEDE VRIJDAG 2005

 Zusters en broeders,

 Het gebeurt -maar niet elke dag -dat iets me volkomen verrast. Het is dan alsof er onvoorbereid, onverwacht, een nieuwe wereld voor me open gaat.

Dat is me overkomen met de kruisweg van Rik Poot.

Een kruisweg is nu niet direct het eerste waar je aan denkt, als de naam van Rik Poot bij je opkomt. Poot en paarden, dat wel, die horen samen, die twee. Er staat een beeld van een Brabants paard van Poot in het centrum van Vilvoorde, een vallend paard in Leuven, de vier ruiters van de Apocalyps in Brugge. Natuurlijk heeft de beeldhouwer Rik Poot ook nog wel andere dingen gemaakt. Een borstbeeld van Leo Tindemans en een van Jean Luc Dehaene bv.

Maar een kruisweg van Rik Poot? Nooit van gehoord.

Trouwens, Poot zegt van zichzelf dat hij niet gelovig is.

En dan sta je daar ineens voor, voor die kruisweg van hem.

Vorig jaar werd Poot 80 en de stad Vilvoorde had een grote tentoonstelling van zijn werk ingericht.

Beelden van hem stonden in het park, er stonden er ook in een aantal straten van de stad, het leeuwenaandeel vond je in het gerestaureerde klooster van de Karmelietessen. Je kwam de tentoonstelling binnen langs de kapel, en daar stond je dan ineens voor die kruisweg. Door Poot gemaakt, in 1962, voor de St. Lambertus kerk in Muizen. Bronzen platen van 50 op 60 centimeter.

Nu zijn die veertien staties van de kruisweg iets wat eindeloos vaak geproduceerd is. Elke kerk of kapel heeft er wel een. Meestal meer braaf dan boeiend. Zelden treffend of ontroerend. Er zijn uitzonderingen. De kruisweg van Servaes gemaakt in 1919 voor de kerk in Luithagen bv. en die van Aad de Haas voor het kerkje in het Limburgse Wahlwiller. verder valt er niet zo heel veel te melden. Kunst komt er zelden aan te pas.

En dan sta je daar onverwacht voor het werk van iemand die daar zijn eigen visie in heeft neergelegd, zijn eigen benadering van Jezus van Nazareth en van de mensen rondom hem. Een stuk evangelie, gezien en uitgebeeld door Rik Poot.

Er wordt van Poot gezegd dat hij altijd vooraf een uitvoerige studie maakt van zijn onderwerp. Hij heeft dat met die kruisweg ook gedaan. Ik zie het aan een detail. Op de meeste kruiswegen ziet men hoe Jezus wordt vastgenageld op een volledig kruis. Hier is dat anders. Jezus ligt op de grond en wordt vastgespijkerd op de dwarsbalk. De andere balk, de rechtopstaande, is niet te zien.

Nu is dat inderdaad historisch juist. De rechtopstaande paal van het kruis werd niet telkens opnieuw vervangen. Men liet die staan. De volgende veroordeelde werd vastgenageld aan een nieuwe dwarsbalk, vooraleer hij met dwarsbalk en al, aan de rechtopstaande paal werd vastgespijkerd.

Zo heeft Poot dat hier op deze statie ook uitgebeeld. Ook op dit onderwerp heeft hij zich blijkbaar grondig voorbereid. Daarna heeft hij dan zijn eigen visie op Jezus van Nazareth, zijn lijden en dood in het brons uitgewerkt.

 

Wat is daar nu zo opvallend aan? Wat heeft hij met name in deze elfde statie willen tonen?

Wanneer je er lang naar gekeken hebt, zie je dat hij hier in deze figuren twee werelden tegenover elkaar heeft gezet.

Er is de wereld van de man die gekruisigd wordt. Die is hier echter afgebeeld in een houding waarin geen kwelling, geen foltering, geen gruwelijke pijn is weergegeven. Het gelaat van Jezus verwijst veel meer naar de manier waarop door Poot bewonderde Romaanse kunstenaars Jezus hebben afgebeeld. De houding van deze gekruisigde kun je het beste omschrijven als: overgave. Jezus heeft zijn leven gezien als een opgave, een opdracht. Hij voelde zich geroepen om iets over God duidelijk te maken, om de liefde van God voor elke mens uit te beelden. Liefde voor elke mens. Maar wel met voorrang voor hen die altijd achteraan komen. De uitgestotenen, de verloren gelopenen, bandieten, schorriemorrie, krapuul. Hij zei dat die mensen bij God eerst kwamen. Omdat ze het meest aandacht én zorg nodig hadden.

Hij heeft de gediplomeerde gelovigen hun gebrek aan meeleven, aan mededogen verweten. Hij heeft ze de huid volgescholden, omdat ze van God een verwrongen beeld gaven. Ze vervalsten het beeld van God, zoals er mensen zijn die geld vervalsen.

Ze hebben hem wel weten te vinden. Hij is door hen gevangen genomen, naar de Romein Pilatus op transport gezet, bespot, gegeseld en ter dood veroordeeld.

Hij heeft die bui van te voren zien hangen, maar hij is niet opzij gegaan. Hij is aan de boodschap die hij bracht, de opdracht waar hij van leefde, trouw gebleven. Dat betekent het woord: overgave.

De twee die hem kruisigen, die behoren tot een andere wereld. Een wereld die van de wereld van Jezus van Nazareth volkomen is afgekeerd. Misschien heeft Poot hen wel daarom alle twee met hun rug naar de gekruisigde toe geplaatst.

Hun wereld, de wereld van de beulen, is de wereld van de machthebbers. Die hebben hen hun opdracht gegeven. Die zullen hen voor dit karwei betalen. Hun wereld is verder de wereld van mensen die zich geen vragen stellen.

Zij doen hun werk, bevel is bevel. Ze spijkeren een mens aan een balk, zoals ze een plank aan een kist nagelen. Hun wereld is tenslotte een wereld waarin het mededogen volkomen ontbreekt. Ze brengen iemand op een gruwelijke manier aan zijn eind, maar ze kijken naar hem niet eens om.

Zo staan die twee werelden hier lijnrecht tegenover elkaar.

De wereld van één die Gods liefde uitbeeldt -en die andere wereld, een wereld van brute macht, van geweld ,van meedogenloosheid.

 

En dan?

Dit verhaal over toen, misschien is dat ook een verhaal over nu.

Want die twee werelden, die zijn er nog altijd.

Ver van ons is dat heel duidelijk. Die wereld van macht die mededogenloos is, die zich om mensen niet bekommert - die wereld zie je bv in Oost Congo en in Darfur. Maar het is ook de wereld van de terroristen .Van hen heeft men wel gezegd dat hij of zij hun slachtoffers nooit in de ogen kijken. Net zo min als deze twee figuren, die met hun rug naar de man die ze kruisigen zijn toegekeerd.

Maar die andere wereld, de wereld van de man die zich met overgave aan de zorg voor mensen wijdt, ook die is nog aanwezig onder ons.

In zijn boek over zijn verblijf in een concentratiekamp, "Is dit een mens" (1), beschrijft Pirmo Levi hoe de Duitsers er in geslaagd zijn, al het menselijke uit hun slachtoffers te verdrijven. (p. 171)

Maar op een andere plaats in zijn boek schrijft hij over Lorenzo. Over hem staat er :

"De feiten zijn in weinig woorden verteld. Een Italiaanse civiel -arbeider bracht me elke dag, zes maanden lang, een stuk brood en de resten van zijn eten; gaf me een trui vol gestopte gaten, schreef een kaart voor me naar Italië en bracht me het antwoord. Voor dat alles wilde hij niets terug, omdat hij een goed, eenvoudig mens was en niet geloofde dat je om goed te doen er iets voor terug moest krijgen. (p. 137)

En verder staat er:

"Als het enige zin heeft om naar de redenen te zoeken waarom juist mijn leven, onder duizenden net zulke levens, de proef heeft doorstaan, dan geloof ik dat ik het aan Lorenzo te danken heb dat ik nu in leven ben; niet zozeer om zijn materiële hulp, als wel omdat hij me met zijn aanwezigheid en zijn vanzelfsprekende goedheid, voortdurend deed voelen dat er nog een rechtschapen wereld buiten de onze bestond, iemand en iets die zuiver en echt waren gebleven, niet verdorven en niet verruwd, vrij van haat en angst; iets dat heel moeilijk te omschrijven was, een verre mogelijkheid van betere dingen, maar waarvoor het de moeite waard was te blijven leven. (p. 139)

"Lorenzo was een mens; zijn menselijkheid was zuiver en onaangetast, hij stond buiten die wereld van negatie. Dank zij Lorenzo is het mij gegeven geweest om niet te vergeten dat ik ook een mens ben". (p. 140)

Die twee werelden heeft Poot op deze elfde statie uitgebeeld. Ze zijn misschien op een of andere manier, wellicht in een wat afgezwakte vorm, ook wel aanwezig onder ons.

Amen.

 

Marcel Heyndrikx SVD

 

(1)       Primo Levi , Is dit een mens. (Amsterdam: Meulenhoff, 1987) 211 pp.

© Marcel Heyndrikx - Iedereen mag deze preken en teksten gebruiken mits ze vrij en gratis voor iedereen toegankelijk blijven.